We illustreren op deze website hoe je de belangrijkste voorbereidende lees- en spellingvaardigheden op een speelse maar toch effectieve manier kan stimuleren. We geven goede praktijkvoorbeelden van adequate instructies en feedback op maat van de kinderen, van optimaal gebruik van de leeromgeving en van aanpassing van oefeningen op maat van de kinderen. 


Op deze website vind je 215 foto's die aantonen hoe je fonologisch bewustzijn, voorbereidend lezen en voorbereidend communicatief schrijven effectief kan stimuleren. We ontwikkelden en verzamelden al deze voorbeelden tijdens een praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek. Klik op de foto's voor meer informatie! 

De mensen achter dit project

Aan de ontwikkeling van deze website werkten heel wat collega’s en studenten mee. Lees hier meer.

Wie zijn wij? 

Saar Callens, Master in de orthopedagogiek, en Christel Van Vreckem, Master in de logopedie, zijn docenten aan  de Arteveldehogeschool in de opleidingen Bachelor na bachelor in het onderwijs: buitengewoon onderwijs en Bachelor na bachelor in het onderwijs: zorgverbreding en remediërend leren en Bachelor in de logopedie en de audiologie.  Ze voerden samen praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek (PWO) naar voorbereidende lees- en spellingvaardigheden in de derde kleuterklas. Meer informatie vindt u hier.  

Eerder en huidig praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek van Saar Callens richt zich naar de implicaties van het M-decreet op de werkvloer en de schakel tussen onderwijs en welzijn.  

Christel Van Vreckem werkte eerder aan praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek omtrent begrijpend lezen en spelling. Deze praktijkgerichte wetenschappelijke onderzoeken leidden tot de publicatie van de Vlaamse Test Begrijpend lezen (VTBL, 2016) , de Spellingtest voor kinderen van het eerste tot het zesde leerjaar (ST 1-6, 2016)   en het remediëringsprogramma 'Begrijpend lezen beter begrijpen'. Thematisch en functioneel oefenprogramma (2014)

Met dank aan: 

We werkten in co-creatie aan deze website. We bedanken de volgende studenten, leerkrachten, logopedisten en directeurs voor hun medewerking: 

Freinetschool De Sterre-spits, Gent 

Caroline Wijnendaele uit Sint-Jozef in Geraardsbergen 

Anniek Broodcoorens uit Sint-Catharinacollege, De Zeppelin, Geraardsbergen 

Katrien Missiaen en Steffi Gommers uit H.H.Harten Ninove 

Elke Van Steelandt, Berkenboom, Sint-Niklaas 

Tine Van Duyse, vrije basisschool Sint-Henricus, Steendorp 

Ilse De Cock uit het revalidatiecentrum De Kindervriend uit Rollegem 

Doirean Vanlancker, vrije basisschool Temse Velle 

Studenten uit de opleiding Bachelor in de logopedie en de audiologie: Celien Bracke, Evelyn Busschots, Lisa Coussement, Sofie Claesen, Jana De Guchtenaere, Febe Hamers, Fien Maes, Suzan Pattyn, Ine Philips, Hannah Tielemans. 

Studenten uit de opleiding Bachelor na bachelor in het onderwijs: zorgverbreding en remediërend leren: Ineke Delsaert (Berkenboom Sint-Niklaas), Evie Cottenie (Gulleboom Gullegem), Caroline Van Raemdonck (Heilig Hart, Temse), Kristien Goeman (Pius X, Zele), Marijke Denie (leefschool Groene Poortje, Anzegem) 

Wetenschappelijke achtergrond

In wat volgt verantwoorden we waarom we voor deze voorbereidende lees- en spellingvaardigheden kiezen en waarom spel, instructies, feedback, aanpassing van oefeningen en het benutten van de leeromgeving bij kwetsbare kleuters belangrijk zijn. 

Waarom focussen op deze voorbereidende lees- en spellingvaardigheden?  

De schrijfwijze van eenvoudige Nederlandse woorden komt overeen met de klankstructuur van de Nederlandse taal. Leren lezen en spellen steunt daarom op letterkennis en op het inzicht in de klankstructuur van de gesproken woorden, fonologisch bewustzijn genoemd. Vanaf de leeftijd van vijf jaar zijn fonologisch bewustzijn, benoemsnelheid (rapid naming of RAN), letterkennis en de spontane communicatieve schrijfpogingen van kleuters (invented spelling), de belangrijkste voorspellers van de latere lees- en spellingvaardigheden (Jap, Borleffs, & Maassen, 2017; Struiksma, 2011; Verhagen, 2009; Vernooy, 2012). Het is effectief om fonologisch bewustzijn gecombineerd met letters en geschreven woorden en de spontane communicatieve schrijfpogingen bij kleuters speels te stimuleren in een functionele context (Goldstein, 2017; Hattie, 2009, Sénechal, Ouelette, Pagan & Lever, 2012, Read, & Treiman, 2013, van der Leij, 2017; Verhagen, 2009).  
Benoemsnelheid is een voorspeller voor het technisch leren lezen en voor de spelling, maar kan niet getraind worden (De Bree, 2016; De Jong, 2014). Daarom besteden we aan deze vaardigheid geen verdere aandacht. 

Speelse en effectieve aanpak 

Spel 

Geletterdheid en schrijfvaardigheid ontwikkelen tijdens het spel (Verheyden, 2004). Het is daarom effectief om de beginnende geletterdheid van kleuters te stimuleren tijdens het regelspel, constructiespel, rollenspel en onderzoekend spel.

FeedbackHet belang van instructies en feedback op maat

De methode van de directe instructie is effectief. Kenmerken van dit directe instructiemodel zijn: duidelijke instructies geven, uitleggen, demonstreren door hardop te denken of door te tonen, door duidelijke feedback te geven, door stapsgewijs uit te leggen en door stapsgewijs te werken, door kinderen hardop te laten denken, door veelvuldig te herhalen, door voortdurend en systematisch adequate en aangepaste feedback op het juiste moment te geven ... (Hattie, 2009; Swanson, Hoskyn, & Lee, 1999). Vernooy (2012) beklemtoont dat ook kleuters gebaat zijn met kwalitatief goede instructies, zeker als het voorschools leren niet vanzelf gaat.
Feedback in de zin van 'is de taak correct of incorrect' (taakniveau) is onvoldoende. Kinderen leren vooral door feedback op hun aanpakgedrag (zelfregulatie) en door expliciete feedback op de manier waarop ze tot een goed resultaat komen (procesgerichte feedback) (Hattie & Timperley, 2007).

Als het moeilijk gaat Aanpassing van de oefeningen

In het directe instructiemodel verwijst men naar één van de belangrijkste didactische principes, het geleidelijkheidsprincipe. Een kind leert maar bij als ‘het in de zone van de naaste ontwikkeling zit’. Taken makkelijker of moeilijker maken op maat van het kind is dan ook noodzakelijk.

Leeromgeving benutten

Leeromgeving en leerkansen benutten

Leuke opdrachten, een sfeervolle klasversiering en stimulerend materiaal zijn aangewezen, maar niet voldoende. Spontane leerkansen moeten maximaal benut worden tijdens vrije momenten (vb. fruit eten) of spel. De leeromgeving bewust gebruiken als dit aangewezen is, creëert extra oefenkansen, zeker voor kwetsbare kleuters (Marzano, 2010; Mitchell, 2014). Niet geplande leermomenten worden op die manier rijke leermomenten.

Eén van de kenmerken van het directe instructiemodel is ‘demonstreren’. Het is dan ook belangrijk dat de volwassene, de ouder of de leerkracht elke kans benut om lezen en schrijven expliciet voor te doen in functionele situaties, door bijvoorbeeld een instructie luidop te lezen en ondertussen de geschreven tekst van links naar rechts aan te duiden.

Kwetsbare kleuters

In Vlaanderen zijn er in juni van de derde kleuterklas grote individuele verschillen tussen kleuters op de belangrijkste voorbereidende lees- en spellingvaardigheden (of fase van de beginnende geletterdheid). Zo schrijft bijvoorbeeld 21% van de kleuters al het woord ‘tomaat’ fonetisch correct, terwijl 17% nog enkel schrijfkrabbels maakt (Van Vreckem & Callens, 2015). Kinderen starten hierdoor met een verschillend instapniveau in het eerste leerjaar (Vernooy, 2012).

Kleuters die (als groep) een verhoogd risico lopen op de ontwikkeling van lees- en spellingproblemen zijn kinderen die opgroeien in kansarmoede, kinderen met spraak- en taalontwikkelingsproblemen, kinderen waar dyslexie familiaal voorkomt,  kinderen met een zwak werkgeheugen, kinderen met problemen met het fonologisch bewustzijn en met de benoemsnelheid, kinderen die weinig interesse tonen in lees- en schrijfactiviteiten en weinig tot geen letters kennen, kinderen die hun naam niet kunnen schrijven (en dit ook niet kunnen na evenveel oefenen als andere kinderen van de klas) en kinderen met een laag geboortegewicht  (voor meer informatie verwijzen we naar Van Vreckem, Desoete en Van Hees (2004), de Jong, (2014), Ehri (2012), Vernooy (2012), Verhagen (2009)).  

Verschillen op kleuterleeftijd kunnen weggewerkt worden wanneer kwetsbare kleuters intensief begeleid worden (Pameijer et al., 2010; Hattie, 2009; Van der Leij, 1998). Vernooy (2012) ziet deze interventies vooral binnen een schoolse context, binnen verhoogde zorg, gerealiseerd. Deze zorg kan op een niet-dwingende en speelse manier georganiseerd worden. Het heeft bovendien weinig zin om kwetsbare kleuters in de grote groep te stimuleren. Deze kleuters moeten intensief en herhaaldelijk individueel en in kleine groep aangesproken worden (Vernooy, 2012). Uit onderzoek blijkt dat vroege interventies, uitgevoerd bij kleuters die opgroeien in armoede het verschil met hun leeftijdsgenoten die in gunstigere omstandigheden opgroeien doen verdwijnen (van der Leij, 2017; Roose, Pullinx, & Van Avermaet, 2014; Suggate, 2016; Whitehurst & Fischel, 2001). Ook kinderen met een familiaal risico op dyslexie en kinderen die op een test onder het gemiddelde scoren voor de belangrijkste voorbereidende lees- en spellingvaardigheden halen op lange termijn meer voordeel uit de extra ondersteuning (Suggate, 2016).

Bronnen
De Bree, E. (2016). Dyslexie en fonologie: one size fits all? Logopedie, 28(4): 31-39

de Jong, P. (2014). Verklaring van dyslexie: implicaties voor de samenstelling van een dyslexie typerend profiel. In Verhoeven, L. & De Jong, P. Dyslexie 2.0. Update van het Protocol Dyslexie Diagnostiek en Behandeling. Antwerpen: Garant: 37-53

 de Jong, P. (2014). Dyslexie: Etiologie en leesproces. In Goudena, P., de Groot, R., & Janssens, J (red.). Orthopedagogiek: State of the Art. Antwerpen: Garant, 27-40

Ehri, L.C. (2012). Why is it important for children to begin learning to read in kindergarten? In Suggate, S., & Reese, E. Contemporary Debates in Childhood Education and Development. London: Routledge, 171-179

Goldstein, H., Olszewski, A., Haring, C., Greenwood, C.R., Mc Cune, L., Carta, J., Atwater, J., Guerrero, G., Schneider, N., Mc Carthy, T., & Kelley, E.S. (2017). Efficacy of a Suplemental Phonemic Awareness Curriculum to Instruct Preschoolers With Delays in Early Literacy Development. Journal of Speech, Language and Hearing Research, 60, 89-103.

Hattie J. (2009). Visible Learning. A synthesis of over 800 meta-analyses related to achievement. Routledge: London

Hattie, J., & Timperley, H. (2007). The Power of Feedback. Review of Educational Research. 77(1): 81-112.

Jap, B.A.J., Borleffs, E., & Maassen, B.A.M. (2017). Towards identifying dyslexia in Standard Indonesian: the development of a reading assessment battery. Read Writ, 3°: 1729-1751. Doi: 10.1007/s11145-017-9748-y

Marzano, R.J. (2010). Wat werkt op school. Research in actie (4 ed.). Middelburg: drukkerij Meulenberg.

Mitchell, D. (2014). Wat écht werkt. 27 evidence based strategieën voor het onderwijs. Uitgeverij Pica: Huizen.

Read, C., & Treiman, R.  (2013). Children’s invented spelling: what we have learned in forty years. In Piattelli-Palmarini & R. C. Berwick, M.. Rich languages from poor inputs.  Oxford University Press.  pp.197-211

Sénéchal, M., Ouelette, G., Pagan, S., & Lever, R. (2012). The role of invented spelling on learning to read in low-phoneme awareness kindergartners: a randomized-controlled-trial study. Read Writ, 25 (917-934)

Suggate, P.S. (2016). A meta-analysis of the Long-term effects of phonemic awareness, phonics, fluency and reading comprehension interventions. Journal of Learning Disabilities 49 (1): 77-96.

Swanson, H.L., Hoskyn, M., & Lee, C. (1999). Interventions for Students with Learning Disabilities. A meta-analysis of Treatment outcomes. New York: the Guilford Press.

Van der Leij, A. (2017). Dit is dyslexie. Achtergrond en aanpak. Lannoo, Tielt, 236 p.

Van Vreckem, C., Desoete, A., Van Hees, V. (2004). Kleuters : ontwikkeling van lees- en spellingvaardigheden en ‘markers’ op lees- en spellingproblemen bij kleuters. Logopedie, 17 (3)

Van Vreckem, C, & Callens, S. (2015). Voorbereidende lees- en spellingvaardigheden van Vlaamse en Nederlandse kleuters: meer verschillen dan gelijkenissen…  Logopedie, 28 (6): 31-45

Verhagen, W. (2009). Predicting early word recognition and spelling. Nijmegen: Ipskampdrukkers B.V.

Verheyden, L. (2004). Ontluikende geletterdheid in het kleuteronderwijs: of hoe peuters en kleuters schriftelijke communicatie kunnen verkennen. In Daems, F., Van den Branden, K., & Verschaffel, L. Taal verwerven op school. Taaldidactiek voor basisonderwijs en eerste graad secundair onderwijs. Leuven: Acco, 61-100

Vernooy, K. (2012). Elk kind een lezer. Antwerpen: Garant, 166 p.

Werfel, K. ,& Schuele, C. (2012). Segmentation and representation of Consonant Blends in Kindergarten Children's spellings. Language, Speech, and Hearing Services in schools. 43, 292-307.
 
Whitehurst & Fischel (2001). Reading and Language Impairments in Conditions of Poverty. In Bishop, D. & Leonard, L. Speech and Language Impairments in Children: Causes, Characteristics, Intervention and Outcome. Sussex: Psychology Press, blz.53-71

Presentaties en artikels

Hier vindt u een overzicht van onze artikels en presentaties.

Artikels

Callens, S., & Van Vreckem, C, &. (2016). Voorbereidende lees- en spellingvaardigheden in de kleuterklas. Extra aandacht voor kleuters uit taalarme milieus is nodig. Zorgbreed, 13 (3): 16-25

Van Vreckem, C, & Callens, S. (2015). Voorbereidende lees- en spellingvaardigheden van Vlaamse en Nederlandse kleuters: meer verschillen dan gelijkenissen…  Logopedie, 28 (6): 31-45

Presentaties

Van Vreckem, C., & Callens, S. (2015). Moeten we kleuters al dan niet voorbereiden op het leren lezen en spellen in het eerste leerjaar? Een discussie over do’s-and-don’ts. Studiedag voor kleuterleidsters en zorgcoördinatoren. Gent: Arteveldehogeschool: 20.01.2015

Van Vreckem, C., & Van Vooren, V. (2016). Voorbereidende lees-, spelling- en rekenvaardigheden. Studiedag voor kleuterleid(st)ers. Gent: Arteveldehogeschool: 08.03.2016

Van Vreckem, C., & Callens, S. (2016). Individual differences in early literacy within kindergartners. Posterprestentatie Leuven: EARLI-SIGcongres: 29.08.2016-30.08.2016. Bekijk hier de poster.

Van Vreckem, C., & Callens, S. (2016). ABC, elke kleuter doet mee. Collectieve sessie voor kleuterleiders en het schoolteam n.a.v. het PWO-project ‘ABC, iedereen doet mee’. Gent: Arteveldehogeschool. 08.11.2016

Van Vreckem, C. (2016). Preventie bij kleuters. Lezing in de module ‘preventie’ voor het postgraduaat leerstoornissen. Gent: Arteveldehogeschool. 18.11.2016

Van Vreckem, C. (2017 ). A free screening in kindergarten to  predict spelling proficiency  in grade 1: does it make sense? Paper als deel van het symposium ‘The role of spelling research in the advancement of public good’. Finland: Tampere: 29.08.2017-01.09.2017 EARLI-congres  

Van Vreckem, C., & Callens, S. (2018). Voorbereidende lees- en spellingvaardigheden. Er zit meer spel in dan je denkt. Gent: Arteveldehogeschool: 22.02.2018

Van Vreckem, C. (2018). Speels en toch effectief werken aan een betere leesstart voor alle kleuters uit de derde kleuterklas. Antwerpen: UA, Campus Drie Eiken. 27.09.2018

Van Vreckem, C. (2018). Voorbereidende lees- en spellingvaardigheden in de kleuterklas. Er zit meer spel in dan je denkt. Studiedag voor logopedisten. Gent: Arteveldehogschool. januari 2019