Historielijn

Situering en doel

Aandacht geven aan de leerprocessen die ontstaan, terwijl men met de andere partijen rond de taak bezig is, is niet vanzelfsprekend. Het leren komt meestal niet spontaan ter sprake. Integendeel, we hebben er vaak weinig taal en aandacht voor. We koppelen leren nog te veel aan onderwijs, opleiding of bijscholing. Maar leren vindt altijd en overal plaats in de dagelijkse (werk)context. Daarom is het goed om het leren en de leerwinsten geregeld ter sprake te brengen. De historie-lijn is daarvoor een goede werkvorm

Werkwijze en verloop

Als eerste stap wordt aan elk lid gevraagd om een curve te tekenen met de hoogtepunten en laagtepunten van het samenwerkingsverband. De horizontale as is het tijdsverloop, de verticale as is de mate van succes die men ervaart bij de samenwerking. Het gaat om een globale inschatting, die verschillend kan zijn bij de verschillende partners.

Vervolgens kan men bij de hoogtepunten en laagtepunten kort noteren over welke gebeurtenis of ervaring het ging.

Tweede stap in trio’s: bespreek de pieken en de dalen, vanuit het oogpunt van ‘leren’:

  • Pieken en succes-ervaringen: wat heeft gemaakt dat het samenwerkingsverband tot deze succeservaring gekomen is? Wat leer je hier uit voor de toekomst?
  • Dieptepunten: wat heeft gemaakt dat je als samenwerkingsverband uit dit dieptepunt geraakt bent? Wat heeft deze ervaring bijgebracht? Doe je nu dingen anders dan voorheen?
  • Benoem als afronding de leerwinsten uit deze historie-lijn: als individu, als organisatie, als netwerk.

Meer info

Opstaele, V., Naert, L. & Bonne K. (2014). Verbindend leren. Onderzoek naar leren in samenwerkingsverbanden vanuit individueel, organisatie- en netwerkperspectief - In: Praktijkboek kwaliteitszorg in welzijnsvoorzieningen. Brussel, VVSG / Politeia, Afl. 48 - juni 2015.